"VIS MEDICATRIX NATURAE"
All rights reserved

Friday, January 30, 2015

World Heritage status voor Corvey Abdij..!

Corvey
 Het was me bijna ontgaan maar ik kwam in een Duitse krant een artikel tegen waarin gemeld werd dat de abdij als wereld erfgoed voor het nageslacht is vastgelegd, zeer interessant en verheugend daar de Raven in 822 met 
Adalhard van Corbie afstammen van deze abdij..

juni 2014

De ontvangst.


Tot erfgoed benoemd.

  Weltkulturerbe (D) Artikel

 

Meer weten over   

 De Abdijen Corvey en Corbie

    Wednesday, January 28, 2015

    Ravestein

      De burcht te Heenvliet

       Hoe komt kasteel/Burcht Ravesteyn aan zijn naam..? Dat is nou een vraag die lang onbeantwoord is gebleven, de ruïne te Heenvliet had die naam en dat is altijd al zo geweest lijkt het. Het is geen familienaam maar een samenstelling van Rave en Steyn, waarin 'steyn' staat voor stein of steen, in de betekenis van 'gemaakt van steen', een burcht of kasteel.
       Andere gebouwen in de regio hadden namen als 'Bleydesteyn, Blicksteyn, Leeuwesteyn en Wielesteyn.  Of de vroegere Heeren van Voorne (Oostvoorne) in deze periode iets te maken hadden met de bouw van déze burcht staat nergens vermeld, hun naam wordt nergens in verband gebracht en zou ook geen verklaring geven voor de naam van de Raaf die werd verbonden aan dit gebouw.

     ..."Heemvliet is een huijs ende Hooge heerljkheijdt twelk den naam gegeven heeft aan een branche van Voirne. 't Is een goed Hollands erfieen, bekend in de reeckenkaamer van Hollandt, als Heemvliet, Bornisse ende Swarte Wael. Dit huijs en heerlijkheid is uijt het geslagte van Heemvliet overgegaan in het geslagt van Cruijningen, omtrent den jare 1420, door huijwelijk van Jonkvrouw Elisabeth van Heemvliet, na haar broeders dood vrouwe van Heemvliet, met heer Adriaan van Cruijningen, ridder.”...   

     De ruïne in Heenvliet vertelt een geschiedenis die in steen is vastgelegd, maar niet alles. Er zijn verschillende 'lagen' te vinden die een bouwperiode laten zien. Een 'oorspronkelijke' basis waarop door de eeuwen heen een verwoesting werd hersteld of een nieuw gebouw werd neergezet. Niet alleen de natuur met haar vele verwoestende stormvloeden maar ook oorlogen, plunderingen en brandstichting hebben geen sporen nagelaten maar ze juist uitgewist... en dan is het lastig reconstrueren. Anderen vóór mij die zich ook hebben verdiept in de geschiedenis van de 'steyn' bezigen termen als: 'niet onmogelijk', 'waarschijnlijk', 'onbekend', 'er zijn geen gegevens'.... En ik kan er alleen maar een aantal mogelijkheden aan toevoegen, zonder enige 
    zekerheid.
     
      Indien Ravestein, zoals het nu gespeld wordt, vanaf de eerste steenlegging zo genoemd werd dán dateert de naam van het begin van de 13e eeuw. Dan hebben we het over een bouwperiode tussen 1220 - 1260, en dat valt precies in de periode (1220 - 1314) dat de abdij Ter Doest de scepter zwaaide over een groot deel van het gebied. Pas vanaf 1314 werd de Oosthoek weer eigendom van de 'Heeren van Voorne', en in de tussentijd was er 95 jaren lang flink wat werk verstouwd en gebouwd (en daarna ook weer verloren gegaan). 

      De datering komt nauw overeen met de restanten van een 13e eeuwse 'woontoren' met een kerkhof die bij archeologische graaf-werkzaamheden in de Ravense Hoek werden blootgelegd (Nieuwenhoorn), daar werd gesproken van een dependance van het Vlaamse Cisterciënzer-klooster Ter Doest, wat geen link legt naar de naam Raaf of Corvus, niet in naam of afbeelding. Dat er vóór de bedijking en bouw van de Cisterciënzers al een abdij heeft gestaan lijkt onwaarschijnlijk op een eiland dat regelmatig werd weggevaagd en door kleilagen bedekt, (maar een vroeg klooster van de Corvey Abdij vóór de 12e eeuw of een latere aan het begin van de 14e eeuw is echter niet uit te sluiten met de Ravense Heuvel als 'Motte' voor een burcht of klooster (dit is niet dezelfde lokatie van de eerder genoemde opgegraven 'woontoren' !!), de datering komt ook overeen met 'eerdere grondleggingen' van burcht Ravestein. Als hoogste punt op het toenmalige eiland zal het ooit begonnen zijn met een lichtbaken voor de scheepvaart. Waarschijnlijk is het dat de Raven vanaf eind 12e- begin 13e eeuw hier hun naam aan hebben verbonden. 
     
    Een Motteburcht, soms werd de Motte ook als uitkijkpost of lichtbaken gebruikt. 

       Het is vnl te wijten aan de enorme natuurrampen zoals de Grote vloed van 1214 en kort daarop die van 1219 die zoveel schade hebben aangericht dat er letterlijk geen steen meer op de andere bleef. En alles wat opnieuw was opgebouwd en ingedijkt op de restanten van eerdere aanbouw kreeg het nog eens zwaar te verduren tijdens De Valentijnsvloed in 1375 die de nieuwe bedijkingen van de laatste 10 jaren op de proef stelde.. en de reeks van St.Elisabethsvloeden van 1404,1421 en 1424 en nog velen daarna.
        Heenvliet kan gerekend worden tot een van de oudste gebieden op Voorne, het was ook vrij hoog gelegen, oorspronkelijk ongeveer 1 meter boven zeeniveau. Volgens metingen bij Voorne is vastgesteld dat het zeeniveau gemiddeld zo'n 25 cm per eeuw steeg (plus dat het land inzakte door verticale druk van bedijking, bebouwing en inklinking). Het oude land van Heenvliet en Abbenbroek ligt nu meer dan 2 m beneden A.P. ..!!!

       De voortgaande maaivelddaling begon tegen het einde van de 15de eeuw de veenpolders serieus parten te spelen. In de veenrijke Polder Heenvliet was reeds omstreeks 1450 de daling/inklinking al zodanig dat men het water ook bij de laagste ebstand nauwelijks nog kon lozen op de Bernisse. Ook intensieve bemaling in een polder kan tot een bodemdaling leiden.

      In 1214 werd het eiland Voorne in tweeën gesplitst door de stroom 'de Suthmare', de latere Goote naar Den Briel. Daardoor ontstonden de twee eilanden Oosthoek en Middellant. 


       Middellant wordt genoemd in een document van 29 Juni 1220, toen Diederik van Voorne het schonk aan de Abdij ter Doest te Vlaanderen omdat zij zeer behulpzaam waren bij de drooglegging, herstel en nieuwe bedijking na de laatste zware stormvloed van dat seizoen (het land had 6 jaren onder water gestaan, vnl door achterstallig dijkonderhoud).

      Een andere oorkonde meldt dat Willem van Holland ook al 'landen tusschen de Zee en de Maas en andere rivieren' aan de abdij had geschonken nr. 631, zie verderop.!! En daar wordt weer gewag gemaakt van graaf Willem I die daar in de periode van 1216 tot 1222 verantwoordelijk voor zou zijn geweest..

      Een maand eerder, op 27 mei 1220, had Diederik Rave, jurist, wethouder, regent en senator in Münster,  een document mede-ondertekend met een soortgelijke strekking, waarbij sprake is van een schenking/afstaan van bezittingen van het Aegidusklooster in Münster aan derden...
      "De eerste, schriftelijke, vermelding van de familienaam 'Corvus' die ik in Münster ben tegengekomen komt van 27 mei 1220, aan het einde van een document waarbij het Aegidiusklooster in Münster aan Henricus Monetarius, een burger uit Soest (D), bezittingen in Berksen (zo'n 50 km ten ZO van Münster), levenslang aan hem afstaat. 
    Dit werd bevestigd door een groot aantal getuigen en de voornaamsten van hen, 2 geestelijken en 13 leken, werden met name genoemd.  Dat zijn Amilius rechter van het klooster, Henricus uit Lon, Johannes AlfardineHenricus StepeculeLudolfus uit Borken, Rotbertuszn. van MarsiliusTidericus Corvus uit Münster, 
    LantwordusWichardusLeveko uit de Rinstraat, Gerhardus zoon van VolcwinusHenricusjr. uit Lon, Wolfhardus uit de Rinstraat. "
      
    Tidericus Corvus =  Dieterich Rabe = Diederik Rave. 
    = Diederik van Voorne.????
      Het is verleidelijk om aan te nemen dat Diederik Rave en Diederik van Voorne één en de zelfde persoon zijn, een jurist die ambtshalve was afgereisd van Münster naar Holland  ivm de ondertekening van de overdracht van het gebied Middelland aan de Abdij... Datering, naam, functie en onderwerp passen in het kader dat aan beide personen voldoet.  Ze zouden ook 'beiden' in 1228 zijn overleden..???
    Het zou wel in één klap de vraag naar de oorsprong van de naam Rave beantwoorden. Maar de archieven die ik erop na heb geslagen geven Diederik van Voorne een andere familielijn, hoewel de vraagtekens die worden opgeroepen bij enkele constateringen/stellingen en aannamen over die tijdsspanne en stambomen, deze mogelijkheid niet uitsluiten.
    Dat vroeg om verder onderzoek.
      Oosthoec komt voor in een oorkonde van November 1229, waarbij wederom een Dirk van Voorne het eiland schenkt aan deze zelfde abdij.... Wanneer de archeologen een vroegste datering van 1220/30 vinden als basis voor zowel de burcht Ravestein als voor de overblijfselen nabij de Ravense Heuvel dan lijken niet alleen de kloosterlingen uit Vlaanderen verbonden met de verdere ontwikkeling van de gebieden.. Waarschijnlijk is het dat de Hanzelieden, onderwie in dit geval de Raven, zich in het project gemengd hebben en is daarmee ook de link naar de abdij van Corvey(Raaf) en het bisdom Münster een duidelijke..

      Nederland zag er ooit anders uit dan we het nu gewend zijn, het gehele kustgebied was toen nog water met 'wandelende' zandplaten en kreek-ruggen die dan weer aangroeiden en dan weer wegspoelden en na iedere zware vloed weer een ander aanzicht boden met nieuwgevormde geulen en stromingen... 

     Hier de  delta van Schelde, Maas en Rijn vóór het jaar 1000, waar Antwerpen en Brugge belangrijke bestemmingen waren..

    De scheepvaartroute binnendoor, 'onder de Wadden door' via het Grote Al Meer of Zuiderzee

     De Hanseroutes naar Hamburg en Lübeck staan hier aangegeven
    De Zuid-Hollandse eilanden bestaan amper...maar de Hanse heeft er al een route tussendoor..!!!! De rode lijn is een duidelijke..

    Holland en Zeeland in 'aanbouw' en meer scheepvaart langs de kust. 

    De binnenvaart werd 'omzeild'. 

     Vanaf het midden van de twaalfde eeuw (1140) ontstonden rond de Noord- en Oostzee samenwerkingsverbanden van Duitse kooplieden. 
      "Het Zweedse eiland Gotland was aanvankelijk het centrum waar handel met lokale handelaren werd gedreven door kooplieden uit Denemarken, Lübeck en Westfalen. Van Gotland uit werd ook handel gedreven met Engeland, Vlaanderen en Novgorod, dat al in 1190 een Duitse vestiging had.

    In 1241 vormde Lübeck, de stad die toegang had tot de viswateren in zowel de Noord- en Oostzee, een alliantie met Hamburg, dat de zoutroutes uit Lüneburg beheerde. Deze geallieerde steden verkregen de macht over de vishandel, voornamelijk op de vismarkt van Skåne. Keulen voegde zich bij hen na de algemene vergadering in 1260. Hendrik III van Engeland gaf de Hanze van Lübeck en Hamburg in 1266 toestemming om in Engeland handel te drijven

    ****
    Een aantal documenten uit het Oorkondeboek van Utrecht

    waar de banden van 'Holland' met Duitse kooplieden en Münsterland/Corvey/Ravensberg en hun relatie met de Vlaamse abdij ter Doest beschreven staan. :
     

    Schenking van eilanden aan Ter Doest
     

    Otto van Ravensberg


      Vanuit het bisdom Münster, dat een zeer dikke vinger in de pap had, hadden de leden van de invloedrijke Ravenstam uit RheinlandWestfahlen zich al vroeg langs de gehele route verspreid om handelsposten op te richten...Hieronder het uitgebreide invloedsgebied van Corvey, de Raaf, in deze periode machtiger dan de andere roofvogel, de Adelaar, die later over Pruissen zou heersen en het Graafschap Ravensberg inkapselde.. 


    Nog een  hechte band tussen Corvey en het Bisdom Utrecht:  "Wilbrand van Oldenburg, die Domproost van Utrecht heet als hij in 1225 tot bisschop van Paderborn gekozen wordt..." 

    Ravensberg en Minden ingesloten door het grote Pruissen..

      Kaufmannshanse, 

      De Duitse Hanze (Hanse) was de belangrijkste en bekendste bond in die tijd en groeide uit van een koopliedenassociatie tot een stedenverbond, het bestond ooit uit zo'n 200 steden langs de Oostzee en de Noordzee met Lübeck als centrum.. De meeste plaatsen (130) hadden een associatieverdrag de 70 anderen waren werkelijk 'Lid'. . 

       De Hanse verwierf een monopoliepositie in het handelsverkeer door het: opkopen, vervoeren, en verkopen in de afzetgebieden van oa metalen, granen, hout, huiden, wol, wijn, zout en kruiden. Daarnaast verwierf zij het recht van stapel in de havens waar deze producten voor verscheping en ontscheping werden verzameld en opgeslagen. 

       De grote Hanzesteden, Gemeene - of Principaalsteden genoemd, zochten voor de handel contact met kleinere dorpen en steden in het achterland. Deze plaatsen waren de Bijsteden De grotere/hogere eilanden in de delta die op de route lagen kregen een bedijking, er werden lichtbakens en nederzettingen gebouwd er werden havens gegraven en er kwamen opslagpakhuizen voor handelsvoorraden. Houten gebouwen brandden nogal makkelijk af en waren ook vaak het doelwit van piraten, daarom werd later gekozen voor steviger materiaal en uitgebreidere veiligheidsmaatregelen zoals een gracht om een stenen burcht, een ophaalbrug met valhek, geschutsopeningen met bewapening in de torens...  

       De oudste fundamenten van de ruïne te Heenvliet lijken te wijzen op een oorspronkelijk nogal stevig gebouw van flink formaat en stevige muren. Maar het heeft een afwijkende bouw vergeleken met restanten van andere burchten uit die periode op de eilanden, maar ook in vergelijk met andere gebouwen in geheel 'de Lage Landen'.. 

      In Nederland was in die tijd een toren met de toegang op maaiveldniveau een uitzondering, de toegang bevond zich normaal gesproken op het tweede en dus hogere niveau.. Gezien de stijging van de waterspiegel, maar ook het inzinken van de bodem, stond het gebouw dus oorspronkelijke ruim boven de vloedlijn en leek een hogere ingang mogelijk niet noodzakelijk....


      Het kasteel onderscheidt zich van de andere Nederlandse torens uit die tijd door het hebben van ronde hoektorens. In het buitenland (vnl Duitsland) zijn hier wel verscheidene voorbeelden te vinden.

      De opname van een valhek in een residentiële toren was voor de Lage Landen uitzonderlijk. Valhekken waren ook internationaal gezien een zeldzaamheid en bleken rond 1230 een, nog niet veel gebruikte, militaire uitvinding te zijn geweest...! Dit in combinatie met een ophaalbrug doet meer denken aan een stadspoort waarachter grotere belangen te verdedigen waren.
      Gezien de vele malen van heropbouw, (latere verbouwingen en aanvullingen, nog meer vernielingen door vloed, brand, piraterij maar vooral ook oorlogen met volkeren als Germanen, Franken, Friezen, Saksen, Vikingen, Spanjaarden en godsdiensttwisten), is nauwelijks meer te spreken van een 'oorspronkelijk' gebouw en is ook moeilijk vast te stellen wie verantwoordelijk was voor welke fase van constructie. Maar de afwijkende bouw doet vermoeden dat er sprake is van buitenlandse invloeden en dan lijkt Duitsland het aangewezen land. 

         De oudste vermelding van het beroep 'Hanzekoopman' in onze familie-stamboomreeks dateert van 1345, als Hennekin Rawen uit Dortmund zich als Hansekaufmann in Danzig vestigt, daarvóór was de familie al uitgebreid vertegenwoordigd onder de handelslieden maar bestond de term Hanse-kaufmann nog niet.......
     

     Hennekin Rawen, 
     zoon van Gottfried Rave die in 1305 als oa 'Fernhändler in Dortmund al goede internationale zaken deed. Ook bekend als Gotfridus Dictus Corvus. Andere zonen van Gottfried waren eveneens internationale handelaren, Dieterich(4) eveneens in Dortmund en Tiedemann(6) in Lübeck.
       
       Het Huis van de Raven was een hechte maar ook zeer invloedrijke familiegroep uit Münster, afstammelingen van de Corvey/Corvus dynasty, met hoge ambten en bevoegdheden zoals Rechter, advocaat, burgemeester, gouverneur, raadgever, minister, met Graf Friederich Rave von Canstein (1380-1449), die in 1415 in de adelstand werd verheven. 

      Een handelspost of Bijstad op de ontwikkelende eilanden/polders in de rivierendelta moet heel aanlokkelijk geweest zijn vooral ook omdat de handel naar Engeland verder aantrok met een hoogtepunt toen Londen toetrad tot de Hanse in 1266. De eilanden vormden niet alleen een veilige haven bij slecht weer maar waren naast opslag en overslag ook nog eens producenten van granen, hennep(touw) en gerst. De gebieden waren uitstekend geschikt voor begrazing en daar maakten de herders dankbaar gebruik van, zij moesten wel zorgen dat ze zo nu en dan letterlijk hun schaapjes op het droge hadden en verdienden zo met het wolscheren... De visserij was een belangrijke sector. Op het wapenschild van Hugo van Voorne uit 1203 stond naast de Leeuw en een Paard ook een vis afgebeeld: een Voorn.


       Op strategische punten werd begonnen met de bouw van handelsnederzettingen, waarvan de belangrijksten in de loop der tijd uitgroeiden tot een beveiligde veste. Langs de Maas liggen vanaf Nijmegen ook verscheidene Hansesteden zoals (een naamgenoot van het Geervlietse) Ravesteyn, Zaltbommel en Maasbommel, vestigingen van de Duitse handelaren.. Naast (Oost)Voorne en Rockanje waren dat Den Briel aan de monding van de Suthmare (Goote) en Heenvliet aan de Bernisse. Beide plaatsen lagen eveneens gunstig langs de Maas... Op de Oosthoec (het huidige Nieuwenhoorn) zijn zoals gezegd ook de restanten gevonden van een klooster/abdij nabij de Ravense Heuvel !!!, hoogstwaarschijnlijk dus een oude woontoren. Hellevoetsluis bestond toen nog niet... 

        Vanaf deze tijd (1220) kan eigenlijk pas gesproken worden van serieuze landwinning en verminderde het aantal 'wandelende eilanden' in het gebied. Sedimentatie, opwas en aanwas werden gecontroleerd via diverse bedijkingen (oa ringdijken) met sloten en sluizen. Kleinere eilandjes werden met elkaar verbonden, opgeslibde schorren direct begraasd. Bezinksel bleef achter de dijkjes en het heldere vloedwater werd bij eb afgesluisd. Klei en zand kregen kans zich af te zetten en het land groeide, maar tegelijkertijd moest het ook omhoog vanwege de constant stijgende zeespiegel, dus de slibaanwas werd afgegraven om het land te verhogen. Geen graafmachines, dus alles geschiedde met mankracht en een schep, kruiwagen en paard-en-wagen voor 't vervoer.

      Heenvliet zal als hoogste strategische punt aan Maas en Bernisse de voorkeur hebben gekregen om een stevig  'hoofdgebouw' neer te zetten en dat zal niet veel gelijkenis vertoond hebben met het gebouw waarvan nu alleen de ruïne over is.. Daarvoor zijn er na die tijd te veel stormrampen overheen gegaan die de historie hebben vernield. Datzelfde gaat op voor de bebouwing op de Oosthoek. 


      De 'Heeren van Voorne' leken opgetogen te zijn met de successen van de Vlaamse monniken bij het droogleggen van het verdronken Middellant na 1220. Zo zeer zelfs dat zij het eveneens natte Oosthoek in 1229 ook aan de abdij schonken, al dan niet met hun recht als Heerschap op 10 of 15% van het ontgonnen gebied. Niet vermeld maar wel waarschijnlijk is dat de abdij, of andere belanghebbenden, tevens rond die tijd machtigingen of zeggenschap over de Heerlijkheid van Heenvliet kregen.  Veel kostbare arbeid werd maar al te graag uitbesteed.. Het blijft een duister gebied, niet een onbeschreven pagina maar een verdwenen blad. Maar het ging om het ontginnen van land, het vergroten van het grondgebied en zaken doen..


       Met zo'n groot gebied erbij zal er toch behoefte aan mankracht zijn geweest, de monniken bezaten de kennis en de expertise maar konden toch onmogelijk fysiek overal aanwezig zijn dus alle hulp van buitenaf zal welkom zijn geweest. Daarbij kwam dat ook Vlaanderen dezelfde zware stormen kreeg te verduren en 'all hands' nodig had..  


     In de periode van 1220 tot 1314 maar ook daarna, ligt dus de inzet van de Duitse handelslieden voor de hand die daarmee kenmerken van de Germaanse cultuur en bouwstijl inbrachten. Het kasteel lijkt te dateren van rond 1220 en de Ravense weg, de handelsweg die het eiland 'Oosthoek' met 'Den Hoorn' verbond, 
    vanaf 1229. Ik opper de mogelijkheid dat beide eilanden ooit één geheel vormden en later pas door de Geul werden gescheiden. Havens zijn er nooit gevonden, geen aanlegsteigers. 

      Er zal veel voorbereidend werk verricht zijn eer men tot de bouw van kastelen overging. Die moesten stevig zijn, bestand tegen de tand des tijds en het zoute water en veilig tegen piraten en andere indringers... Wel, Ravestein was robuust met buitenlandse trekjes. Het was naast een degelijke residentie mogelijk ook een opslag voor de duurdere handelswaar (edelstenen, edelmetalen ed) hetgeen valhek en ophaalbrug zou verklaren. Gezien de activiteiten langs de handelsroute is het zeer goed mogelijk, zelfs waarschijnlijk dat vóór de bouw van de burcht er al een vestiging bij Heenvliet is geweest..!



      Het is onbekend of de Raven (of een nageslacht met een andere 'Familienaam'. Voorne..????) na 1314 het kasteel eventueel nog gebruikten/bewoonden, het gehele gebied ten oosten van de doorstroom werd toen weer eigendom van de Heeren van Voorne. Ook van een verder verblijf op Oosthoek zijn geen documenten gevonden, een invloed van minstens een eeuw lijkt zeer waarschijnlijk, er zullen diverse generaties geleefd hebben, lang genoeg om hun stempel te hebben gedrukt op de kaart van Voorne, logisch lijkt het om hun huisvesting te situeren in een gebied dat ooit bekend stond als Ravenhoek/Roafenhoek 'Roofen Hoec', Roosenhoek. 

       Een terugkeer later naar Münsterland lijkt niet waarschijnlijk maar dat zou dan te maken kunnen hebben gehad met politieke gesteldheden in het thuisland waar het Bisdom Münster veel aan invloed had moeten inleveren terwijl ook de Raven-dynastie/Ravensberg moest inboeten.. Of er Raven hebben deelgenomen aan de kruistocht van die periode (1221 - 1219) is mij onbekend.

       ...in die tussentijd hadden zij wel hun naam verbonden aan het kasteel Rave-steyn, nu een ruïne, en er werd een handelsweg aangelegd op de Oosthoek die nog steeds vanaf de punt in het noorden (Ravense Hout) het gehele eiland doorloopt en verdergaat tot het midden van het eiland 'Den Hoorn' (Oudenhoorn). Deze weg wordt nog steeds de 'Ravense weg' genoemd, waar ooit een verhoging lag die Ravense Heuvel heette ligt nu een rotonde..!!. De nieuwgebouwde wijk heet Ravense Hoek.

    *****

       In 1693 kwam de vogel opnieuw naar de eilanden toen Barent Janse de Rave (1654-1710) uit Münster zich in Spijkenisse vestigde, een vrouw uit Geervliet huwde en het beroep van wever ging uitoefenen. De volgende generaties groeiden op in Heenvliet...... dat kan geen toeval zijn.


    The Raven has landed... 

    Zie deel: Spooren-van-Raven-op-Voorne.





    Sunday, January 18, 2015

    Siamese conjoined twins.

    -->

    The World's Oldest Conjoined Twins

    There's a tendency to look back on the era of Elephant Man-style travelling freak shows with an air of moral superiority, as if society has evolved past the point of gawping at anyone 'different'.

    World's oldest conjoined twins Extraordinary people: World's oldest conjoined twins
    Donnie and Ronnie have spent their entire lives facing each other, joined at the base of the sternum down to the pelvis. They spent three decades as a sideshow attraction, the best way their father could find to support his family of nine. But, refreshingly, they had nothing but fond memories of the experience: it made them feel special.
    There was a slightly spurious 'trip of a lifetime' drama sub-plot as the brothers achieved their ambition to see the Dallas Cowboys.
    But what this was really about was the power of love: the brothers' grudging affection for each other and the love they shared with devoted younger brother Jim, who cared for them every day while holding down a full-time job. The lack of self-pity on show was humbling.
    Other conjoined in:


    Abigail en Brittany Hensel uit het Amerikaanse Carver County kwamen in 1990 als Siamese tweeling ter wereld. Artsen geloofden niet dat ze het zouden overleven. Een operatie om de meisjes te scheiden, vonden dokters te riskant. Nu zijn de vrouwen 18 jaar en naar eigen zeggen erg gelukkig. Toch hebben ze een grote wens: een kind krijgen.


    Eén baarmoeder
    De tweeling heeft veel dubbele organen - twee harten, twee magen, vier longen - maar slechts één baarmoeder. Ze delen hetzelfde bovenlijf. Toen Abigail en Brittany 15 maanden waren, leerden ze gezamenlijk lopen.

    Autorijden
    Hun hele leven staat in het teken van teamwork. Ze spelen de piano en basketbal. Op hun 16de haalden ze hun rijbewijs. Apart van elkaar; figuurlijk dan. Ze namen twee keer deel aan het rijexamen. Tijdens het rijden bedient Abigail de pedalen en de versnellingen. Brittany doet de knipperlichten en het licht.

    Man vinden
    Beide meisjes hebben nu een grote droom: moeder worden. Medisch gezien is het mogelijk. Ontbreekt alleen nog een man... (eb)


    DEN HAAG (GPD) - De kans op de geboorte van een Siamese tweeling is zeer klein: slechts één op de 200.000 keer. Nog veel zeldzamer is de kans op de geboorte van een tweeling met het craniopagus parasiticus-syndroom, waarbij een van de lichamen zich nooit verder heeft ontwikkeld dan een hoofd met kleine romp. Van het fenomeen zijn wereldwijd tien gedocumenteerde gevallen bekend. De documentaire Geboren Met Twee Hoofden, vanavond uitgezonden op RTL4, volgt zo’n speciale tweeling: Manar en Islaam Maged.


    Toen de Egyptische tweeling op 30 maart 2004 op de wereld werd gezet, stonden de artsen versteld. Eerdere scans wezen duidelijk uit dat moeder Naglaa Mohammed Yehiya een tweeling zou krijgen, maar op zo’n speciale tweeling had niemand gerekend. Het tweede lichaampje van dochtertje Islaam bestond namelijk uit niet meer dan een compacte romp zonder armen en benen. Ook bleek ze vitale organen, waaronder het hart en de longen, te missen. Dit maakte haar volledig afhankelijk van haar zusje Manar, al toonde ze - door te lachen, huilen en met haar ogen te knipperen - wel tekenen van een eigen bewustzijn.
    Op welke manier komt zoiets tot stand? Het craniopagus parasiticus-syndroom ontstaat wanneer het bevruchte eitje zich splitst om een eeneiige tweeling te vormen. In normale omstandigheden vindt dit proces plaats na tien weken. Bij de Egyptische moeder splitste het eitje zich pas na dertien weken, waardoor er zich een Siamese tweeling ontwikkelde. Omdat het kleine hartje van Manar niet genoeg bloed kon rondpompen om beide lichamen levensvatbaar te houden, ontwikkelde het tweede lijfje zich nauwelijks. Dit in tegenstelling tot het tweede schedeltje en de hersenen, die zich wel normaal konden ontwikkelen door de vergroeiing van beide hoofdjes.
    Dat Manar en Islaam überhaupt het levenslicht zagen, was al een groot wonder: de Egyptische tweeling werd zes weken te vroeg geboren en de medische wereld kende hiervoor maar twee gevallen van baby’s met craniopagus parasiticus die hun geboorte ook daadwerkelijk wisten te overleven. Voor de tweeling betekent dat echter niet het einde van hun lichamelijke problemen, zo laat de documentaire zien. Zij moeten, ook na hun geboorte, iedere dag vechten om te overleven.

    Zo heeft Manar’s hartje de zware taak om twee lichamen in leven te houden. Dat lukt, maar met veel moeite. In haar eerste tien maanden tijd krijgt ze vijf hartaanvallen en diverse infecties te verduren. Om Manar te redden, moet ze worden gescheiden van de onderontwikkelde Islaam. Op 19 februari 2005 volgen medici en media over de hele wereld, via een rechtstreekse videoverbinding met de operatietafel, deze riskante en bijzondere ingreep.
    De documentaire Geboren Met Twee Hoofden - eerder uitgezonden op de Amerikaanse en Britse televisie - brengt niet alleen een gedetailleerd verslag van het leven van deze bijzondere Siamese tweeling, maar geeft de kijker ook stof tot nadenken over de aard van identiteit. Kan het onderontwikkelde deel van de tweeling wel worden beschouwd als een individu met een eigen identiteit? En is er in dit geval eigenlijk wel sprake van een tweeling of eerder van één, dan wel zwaar gehandicapt, kind?

    * foto..
    De peuter is geboren met vier armen en vier benen. Het meisje, Lakshmi Tatma, is een soort Siamese tweeling; aan haar bekken zit een niet volgroeid tweelingbroertje of -zusje vast, zonder hoofd. Een team van 30 chirurgen hoopt de operatie in 40 uur uit te voeren. Een nier en de ruggengraat moeten worden gescheiden.

    Reïncarnatie

    Veel dorpsgenoten van Lakshmi zijn niet blij met de operatie. Het meisje is vernoemd naar de Hindu-godin Lakshmi, die ook meerdere ledematen heeft. Veel Indiërs denken dat Lakshmi de reïncarnatie van deze godin van de welvaart is.
    .foto
    In de Filipijnse hoofdstad Manilla is dinsdagavond een Siamese tweeling geboren. Dat heeft het ziekenhuis waar de twee meisjes ter wereld kwamen woensdag bekendgemaakt.De tweeling werd geboren door middel van een keizersnede. De hoofden van de meisjes zijn niet met elkaar vergroeid, maar de baby's delen een lichaam.Een woordvoerster van het ziekenhuis omschreef de gezondheidstoestand van de tweeling als zorgelijk. De meisjes zijn ter observatie overgebracht naar de hartbewaking.Artsen waren verbaasd toen de tweeling werd geboren, omdat foto's niets opmerkelijks te zien hadden gegeven. De 29-jarige moeder van de meisjes had al vier kinderen, onder wie geen tweelingen.Vorige week werd in Indonesië een Siamese tweeling geboren die op vergelijkbare wijze was vergroeid. Die twee jongetjes overleden na vijf dagen, toen organen het begaven.

    Baby with 2 faces.
    .

    .